zondag 4 augustus 2019

Voorwoord en inhoud van deze Stamboom Blog


Voorwoord

Begin mei vertelde een vriend me, dat zij in hun familie een onderzoek hadden gedaan naar zijn opa in de 2e wereldoorlog. Altijd interessant zulke naspeuringen. Ik op mijn beurt vertelde dat ik kort daarvoor met mijn oudste zoontje een werkstuk had gemaakt over 'De Lier in de 2e wereldoorlog'. Daarbij baseerden wij ons op een boekje dat ik zelf in 2007 schreef, gebaseerd op een aantal interviews met mijn oma. Ik vond het toen nuttig en interessant, om haar oude herinneringen voor het nageslacht te bewaren. Vanuit die interesse vertelde ik hem dat ik - naast foto's uit de oorlog zelf - ook een foto heb, waarop de opa van mijn oma in 1937 voor zijn huis in Aalst staat. Leuk om te hebben, een foto van 4 generaties terug. Mijn oma had destijds aan me verteld dat hij 'Wijnstekers' heette en veldwachter was in die plaats. Zomaar nieuwsgierig toetste ik de dag erna 'veldwachter Wijnstekers Aalst' als zoekterm in op Google. Ik stuitte daarbij tot mijn verrassing op een krantenartikel over een moordaanslag op hem in 1910. Mijn interesse was gewekt, wat de opmaat bleek voor een aantal maanden digitaal speuren. Van het één kwam het ander en al die verzamelde info leidde tot deze 'Stamboom-Blog', waarbij ik de moeder van mijn oma (Cornelia) centraal zet. Dit overigens met een grote hoofdrol voor haar vader de veldwachter, over wie nog veel meer te vinden bleek. Naast dat zelfgeschreven boekje uit 2007 vond ik alle benodigde informatie op of via internet, tot aan compleet uitgewerkte stambomen toe. Het geeft een interessant doorkijkje naar andere tijden.

Peter van Gelder, augustus 2019

Inhoud van deze Stamboom Blog

Voorwoord en inhoud van deze Stamboom Blog
    Voorwoord
    Inhoud van deze Stamboom Blog

1. Inleiding van deze Blog en geboorte Cornelia (1898): klik hier
    1.1. Inleiding: Cornelia Den Tek - Wijnstekers
    1.2 De geboorte van Cornelia Wijnstekers

2. Het trouwen van vader Huibert en moeder Jenneke: klik hier
    2.1 Huibert en Jenneke trouwen op 18 februari 1898
    2.2 Vraagteken bij hun late trouwdatum

3. Het gezin waarin Cornelia opgroeide: klik hier
    3.1 De kinderen in het gezin Wijnstekers-Murraij
    3.2 De kinderen van Huibert en Jenneke op een rij
    3.3 Blik op het dagelijks leven in Aalst

4. Huibert bij 'Grenadiers & Jagers' en de spoorwegen: klik hier      
    4.1 Meer info in trouwakte Huibert & Jenneke: 'Militiewet'
    4.2 Huibert bij de 'Grenadiers & Jagers'
    4.3 Huib Wijnstekers als 'spoorwegarbeider'
    4.4 Kijkje in het leven bij keurkorps 'Grenadiers & Jagers'

5. Huibert Wijnstekers: veldwachter in Aalst: klik hier
    5.1 Stropers gepakt na klopjacht (1908)
    5.2 Slingerend naast de fiets? (1916)
    5.3 Kwajongens luiden de kerkklokken (1918)
    5.4 Huib Wijnstekers wordt bestuurslid (1920)
    5.5 Huibert gaat als veldwachter met pensioen (1935)

6. Moordaanslag op veldwachter Wijnstekers in Aalst: klik hier
    6.1 De aanloop: veroordeling verdachte uit Aalst in 1905
    6.2 Wraak op de veldwachter, december 1910
    6.3 Nog een aanval op de veldwachter in 1916
    6.4 Meer details over die tweede aanslag in 1916

7. Voorouders van Cornelia in vaders lijn: 'Wijnstekers': klik hier
    7.1 Geboorte van de vader van Cornelia: Huibert Wijnstekers
    7.2 Over het interessante en relatieve van een stamboom
    7.3 Terug in de tijd via de stamboom van Wijnstekers

8. Voorouders Cornelia in moeders lijn: 'Murraij/Murray': klik hier
    8.1 Geboorte van de moeder van Cornelia: Jenneke Murraij
    8.2 Terug in de stamboom van Murraij (Murray)
    8.3 Opvallende sterfte onder broers & zussen van Jenneke
    8.4 De enige nu nog bekende ziekte was die van Jenneke zelf

9. Alexander Murray, Schotse soldaat in Nederlandse dienst: klik hier
    9.1 Over de 'Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden'
    9.2 De 'Schotse brigade' binnen ons 'Staatse leger'
    9.3 Zware verliezen Schotse Brigade in Bergen op Zoom (1747)
    9.4 Alexander Murray als Schotse soldaat in Nederland
    9.5 Geboorteplaats Alexander Murray bevestigd (en meer)
    9.6 Soldaten van Marjoribanks gelegerd op Slot Loevestein
    9.7 Herkomst van de Schotse naam 'Murray'

10. Cornelia en Goosen Den Tek trouwen in 1920: klik hier

11. 'Vernoemingskwestie' in 1921: 1e kind van Cornelia en Goosen: klik hier

12. Het gezin van Cornelia Wijnstekers & Goosen den Tek: klik hier
    12.1. Geboorte van de kinderen en verhuizing naar De Lier
    12.2. De kleinkinderen van Cornelia en Goosen
    12.3. De moeizame relatie tussen Cornelia en Goosen

13. De (voor)ouders van Goosen den Tek: klik hier

14. 'Vernoemingskwestie' één generatie later alsnog rechtgezet: klik hier

15. Slotwoord van deze Stamboom Blog: klik hier

Plattegrond met plaatsen in de Bommelerwaard

1. Inleiding van deze Blog en geboorte Cornelia (1898)


1.1. Inleiding: Cornelia Den Tek - Wijnstekers

Dit is een foto van mijn overgrootmoeder Cornelia Den Tek - Wijnstekers. Je kunt hieronder lezen dat ze in 1898 ter wereld kwam in het kleine plaatsje Hedel in de Bommelerwaard, het gebied in Gelderland tussen de rivieren Maas en Waal. Haar vader Huibert Wijnstekers was een bekende in de regio als veldwachter van het dorp Aalst. Dit was het dorp waar zij met haar vader en moeder Jenneke al jong heen verhuisde. Cornelia trouwde in 1920 op 22-jarige leeftijd met de 10 jaar oudere Goosen den Tek uit buurdorp Brakel. Hun leeftijd zou niet het enige grote verschil tussen beiden blijken te zijn. In het gezin van Cornelia en Goosen werden 6 kinderen geboren, waarvan de oudste mijn oma was. Nu eerst terug naar 1898 naar de geboorte van Cornelia zelf.

1.2 De geboorte van Cornelia Wijnstekers

Akte geboorte van Cornelia Wijnstekers, 8 maart 1898

Huibert Wijnstekers loopt, als kersverse vader van z'n eerste kind, op dinsdag 8 maart 1898 het kleine gemeentehuis van het dorp Hedel binnen. Hij doet er aangifte van de geboorte van zijn dochter Cornelia, waarbij bovenstaande akte wordt opgesteld. Cornelia is die nacht rond één uur geboren. Vader Huibert is op dat moment 22 jaar oud, z'n vrouw Jenneke dan nog net 20 jaar. Zij viert die week erna haar 21e verjaardag. Huib en Jenneke zijn 3 weken ervoor getrouwd. Cornelia is hun eerste kind en ze vernoemen haar naar de oudere zus van Jenneke, die 5 jaar ervoor op 18-jarige leeftijd overleed. Die zus was op haar beurt vernoemd naar de oma van Jenneke, die dus ook Cornelia heette. Huibert heeft zoals toen gebruikelijk bij de aangifte twee getuigen mee naar het gemeentehuis genomen. Ze staan beiden vernoemd in de geboorteakte en tekenen de akte ook mee. Het gaat om een oom en neef van Jenneke. Ome Jan van Malsen en neef Peter van Malsen wonen beiden in hetzelfde dorp Hedel. Jan van Malsen was de broer van Jenneke's moeder en Peter zijn zoon. Het beroep van beiden staat er ook bij: ze waren 'schipper'.

Geboorte Cornelia in Tielsche Courant, 8 april 1898

Hierboven zie je de melding van de geboorte van Cornelia in de Tielsche Courant. Je ziet onderaan het bericht dat een paar weken na Cornelia Wijnstekers in hetzelfde dorp ook 'Mattheus Wijnstekers' werd geboren. Dit de zoon van een andere Huibert Wijnstekers. De vader van Cornelia en deze Huibert waren 2 neven in hetzelfde plaatsje Hedel van vergelijkbare leeftijd met exact dezelfde naam. Dat zal niet altijd handig zijn geweest.

2. Het trouwen van vader Huibert en moeder Jenneke

Ook de geboorteakten van vader Huibert en moeder Jenneke en hun trouwakte zijn redelijk eenvoudig digitaal terug te vinden in het Gelders Archief. Huibert Wijnstekers wordt op donderdag 8 april 1875 in Hedel geboren. Zijn toekomstige vrouw Jenneke Murray wordt 2 jaar later in datzelfde dorp geboren op donderdag 15 maart. Ze hebben elkaar in het kleine plaatsje aan rivier de Maas dus al van jongs af aan gekend. Ze trouwen in het vroege voorjaar van 1898 als vroege twintigers, overigens wel opvallend kort voor de geboorte van Cornelia.

2.1 Huibert en Jenneke trouwen op 18 februari 1898

Trouwakte Huib en Jenneke, 18 februari 1898

Het is vrijdag 18 februari 1898 als Huibert Wijnstekers en Jenneke Murraij in Hedel in het huwelijk treden. In ieder geval 8 personen zijn hiervan getuige, die allemaal meetekenen op de akte. Dat zijn allereerst de 2 getuigen die de 22-jarige Huibert heeft meegenomen. Dit zijn de achterneven Mattheus Wijnstekers en Antonie van Hekeren. Voor de 2 jaar jongere Jenneke zijn haar ooms Dirk van der Veer en Jan van Malsen getuige. Deze oom Jan zou 2,5 week daarna ook getuige zijn bij de geboorteaangifte van Cornelia. Ook de ouders van de hoogzwangere bruid en bruidegom zijn erbij aanwezig. Voor Huibert zijn dit Hendrik en Johanna Wijnstekers en de ouders van Jenneke heten Gerrit en Elizabeth Murraij. Er staan ook nog twee specifieke beroepen op de akte te lezen. Huibert was 'spoorwegarbeider' en bij de vader van Jenneke staat als beroep 'visser' vermeld. Hieronder vind je het bericht over hun trouwen in de Tielsche Courant van 8 maart 1898, toevalligerwijs de geboortedatm van Cornelia.

Bericht trouwen in Tielsche Courant, 8  maart 1898

2.2 Vraagteken bij hun late trouwdatum

Dat is natuurlijk wel een bijzondere situatie die een achterliggende reden moet hebben. Huibert Wijnstekers en Jenneke Murraij trouwen op 18 februari 1898 en 2,5 week later op 8 maart wordt hun dochter Cornelia geboren. Dat is zeker ook voor die tijd wel heel kort voor de geboorte van je eerste kind trouwen. Als een kind niet binnen een huwelijk werd geboren, werd dit namelijk een 'onwettig kind' en dat wilde je natuurlijk niet. Als een kind voor het huwelijk werd verwekt, maar wel binnen een wettig huwelijk werd geboren, was dit wel gewoon een wettig kind.

Waarom zouden Huibert en Jenneke pas zo kort voor de geboorte van hun eerste kind zijn getrouwd? Je zou toch zeggen: tijd genoeg ergens in die zwangerschapsmaanden ervoor. Omdat dit niet meer terug te halen is, heeft speculeren geen zin. Was het destijds ongebruikelijk dat een kind voor het huwelijk werd verwekt? Op deze website (klik hier) kan je lezen, dat de verwekking van een kind voor het huwelijk bij 'het normale volk' vrij normaal was. Mits er maar sprake was van een verloving, wat niets anders dan een 'trouwbelofte' was. Dus het feit dat Jenneke voor het huwelijk zwanger raakte, baarde geen opzien. Trouwbelofte of niet, waarom trouwde Jenneke pas hoogzwanger met Huib? We zullen het niet weten.

Voormalige gemeentehuis in Hedel waar ze trouwden

3. Het gezin waarin Cornelia opgroeide

Foto uit 1912 van de Dorpsstraat in Aalst

Op bovenstaande foto uit 1912 zie je de dorpsstraat in Aalst, met rechts het huisje waar Huibert en Jenneke Wijnstekers met hun jonge gezin woonden. Tegenover hun huis zie je de pastorie van de Gereformeerde kerk. Op de achtergrond de hooiberg die rond 1920 in brand werd gestoken. Hooiberg en naastgelegen boerderij gingen bij harde wind in vlammen op. De dader van de brandstichting werd destijds gepakt. Ik heb er geen krantenartikel over terug gevonden, maar zonder twijfel met actieve betrokkenheid van veldwachter Huibert Wijnstekers. In dit hoofdstuk lees je over de samenstelling van het gezin waarin Cornelia in het meestal rustige Aalst opgroeide.

3.1 De kinderen in het gezin Wijnstekers-Murraij

Ruim twee jaar na Cornelia wordt op 14 september 1900 het tweede kind in het gezin geboren, een zoon vernoemd naar de vaders van Huibert en Jenneke: 'Hendrik Gerrit'. Het jonge gezin is volgens de geboorteakte dan al verhuisd naar Aalst, waar vader Huibert veldwachter is geworden. Helaas overlijdt dit broertje van Cornelia al kort na z'n eerste verjaardag. Een jaar daarna wordt op 31 augustus 1902 opnieuw een jongetje geboren. Zoals toen gebruikelijk, kreeg dit jongetje dezelfde naam als zijn het jaar daarvoor overleden broertje: 'Hendrik Gerrit'.

We zijn dan opnieuw twee jaar later als op 25 juni 1904 opnieuw een jongetje wordt geboren in het gezin Wijnstekers-Murraij, dat echter direct na z'n geboorte overlijdt. Dan maken we een nieuw sprongetje van 2 jaar en wordt het 12 april 1906 als 'Gerrit Eliza' wordt geboren. Ook deze zoon wordt dus naar de vader van Jenneke vernoemd. Huibert was toen 31 jaar, Jenneke twee jaar jonger. Grote zus Cornelia was bij zijn geboorte acht jaar oud.

Er zit een mooi ritme in, want wederom 2 jaar later, in 1908 dus, wordt op 13 november Johanna Elizabeth Peternella geboren. Haar eerste naam is een vernoeming naar de moeder van Huib, haar tweede naam verwijst naar de moeder van Jenneke. Helaas volgt daarna nog een kindje dat kort na de geboorte overlijdt. 'Peter Wijnstekers', vernoemd naar de opa van Jenneke van moeders kant, wordt op 5 april 1911 geboren en overlijdt 4 maanden daarna. In 1914 gebeurt het nog een keer op 10 september, dat een jongetje direct na z'n geboorte overlijdt.

Het gezin Wijnstekers-Murraij bestaat dan naast vader en moeder uit de kinderen Cornelia, Hendrik, Gerrit en Johanna. Er volgt nog één keer gezinsuitbreiding. Op 3 juni 1920 wordt 'Bertus Annie' geboren, als echt nakomertje. Vader Huibert is dan 45 jaar en moeder Jenneke 43 jaar. Oudste zus Cornelia is op dat moment al 22 jaar en het jaar erna wordt wordt haar eigen eerste dochter geboren. Haar oudste dochter Truida zou dus een oom Bertus hebben van slechts 1 jaar ouder dan zijzelf.

 Voorouders, waarnaar de kinderen worden vernoemd

3.2 De kinderen van Huibert en Jenneke op een rij
  • Cornelia Wijnstekers (1898 - 1968)
  • Hendrik Gerrit Wijnstekers (1900 - 1901)
  • Hendrik Gerrit Wijnstekers (1902)
  • N.N. Wijnstekers (1904)
  • Gerrit Eliza Wijnstekers (1906)
  • Johanna Elizabeth Peternella Wijnstekers (1908)
  • Peter Wijnstekers (1911 - 1911)
  • N.N. Wijnstekers (1914 - 1914)
  • Bertus Wijnstekers (1920)
Kinderen Cornelia, Gerrit, Johanna en Bertus zouden hun eigen gezin stichten. Oudste zoon Hendrik bleef vrijgezel en zijn hele leven in het ouderlijk huis aan de Dorpsstraat in Aalst wonen.  
    3.3 Blik op het dagelijks leven in Aalst
      In de Bommelerwaard is historische vereniging 'de Vier Heerlijkheden' actief, met historische informatie over de dorpen Aalst, Brakel, Poederoijen en Zuilichem: klik hier voor hun goed gedocumenteerde website. Onderstaande tekst en de meeste foto's bij dit hoofdstuk heb ik overgenomen van hun website. 


      Voor de drinkwatervoorziening waren de dorpsbewoners in de Bommelerwaard vooral aangewezen op regenbakken of zakputten. Het water uit diepere putten of uit de dorpspompen was wel hygiënischer, maar vaak ook sterk ijzerhoudend. Het sjouwen met water gebeurde met geëmailleerde of zinken emmers. Dit was al een stuk lichter dan de houten emmers die eerder in gebruik waren. Voor de was ging het water thuis in een teil, en op een geribbeld wasbord werd de was schoon geschrobd, maar er moest meer gesjouwd worden: ketels voor de kookwas, teilen om te spoelen en te bleken, emmers voor het stijfsel en zware tenen manden voor de vuile en de schone was. Kortom, je had er met een groter gezin een dagtaak aan.









      4. Huibert bij 'Grenadiers & Jagers' en de spoorwegen

      Trouwakte Huibert & Jenneke van 18 februari 1898

      4.1 Meer info in trouwakte Huibert & Jenneke: 'Militiewet'

      In het 2e hoofdstuk liet ik bovenstaande trouwakte van Huibert en Jenneke al zien. Hier zoomen we verder in op extra info vanuit deze trouwakte. Zo staat er te lezen:

      'Het bewijs van de Commissaris der Koningin in de provincie Gelderland, ten blijke dat de bruidegom voldaan heeft aan zijne verplichtingen ten aanzien der wet op de Nationale Militie'.

      Dit bewijs werd opgenomen bij ieder huwelijk in die jaren. De eerste Militiewet in Nederland werd van kracht in 1815 en betekende het begin van de invoering van de dienstplicht. Die invoering viel samen met de start van het 'Verenigd Koninkrijk der Nederlanden' met koning Willem I aan het roer, dit na de roerige Napoleon jaren daarvoor, waarin Nederland feitelijk bestuurd werd vanuit Frankrijk.

      De Nationale Militie bestond uit vrijwilligers en ingelote dienstplichtigen. Niet iedereen hoefde in dienst en daarom werd er geloot. Het was niet mogelijk te trouwen wanneer je dienstplichtig was en daarom staat bij ieder huwelijk uit die tijd in de trouwakte bovenstaand bewijs vermeld. Als je werd ingeloot, kon je je trouwens ook tegen een forse betaling door iemand anders laten vervangen. Alle Nederlandse mannen van 19 jaar moesten dus loten. In hun huwelijksakte staat vervolgens ook:

      'Het bewijs van den Commandeur en den Officier van het Regiment Grenadiers en Jagers, waaruit blijkt de toestemming aan den bruidegom tot het aangaan van een huwelijk'.

      Blijkbaar was Huibert gelegerd geweest bij het 'Regiment Grenadiers & Jagers' (klik hier voor de Wikipedia pagina). Dit is een speciaal legeronderdeel opgericht in 1829, dat 'onder het oog des Konings' dienstdoet. Een keurkorps, gelegerd waar de Koning zich ophoudt. In Den Haag dus, specifiek in de Oranjekazerne die daar toen in het centrum aan de Mauritskade stond. Dit regiment verzorgde ook de escorte van de Koning(in), wat we tegenwoordig nog steeds terugzien tijdens Prinsjesdag.

      4.2 Huibert bij de 'Grenadiers & Jagers'


      Het Nationaal Archief in Den Haag beheert o.a. de stamboeken 'Onderofficieren en Minderen tussen 1813 en 1924. Daar heb ik de stamkaart van Huibert Wijnstekers opgevraagd over zijn dienen bij de 'Grenadiers & Jagers' en deze ook ontvangen. Dat levert dan toch weer aanvullende informatie op.


      Op dit eerste deel van de stamkaart kunnen we lezen, dat Huibert blauwe ogen had en 1,81 meter lang was. In de statistieken op internet kan je terugvinden, dat de gemiddelde lengte van de Nederlandse man in die periode 1,69 meter was. Huib had dus behoorlijk lengte voor die tijd, wat ook terugkomt in hoofdstuk 6. Daar staat bij de getuigenverklaring uit 1916 dat aanvaller Geurt hem toeschreeuwde dat Huib een kop groter was dan hem. Bij uiterlijke kenmerken staan verder geen bijzonderheden.


      We lezen op bovenstaand tweede deel van de stamkaart dat Huibert op 8 maart 1895 als 19-jarige loteling van dat jaar bij het regiment werd ingedeeld. Bijna anderhalf jaar later, op 14 augustus 1896, is hij klaar met zijn dienstplicht en gaat hij met 'groot verlof'. We lezen dat hij nog twee keer op 'herhaling' moest komen. De eerste keer in het jaar van hun trouwen; van 2 september tot 21 september 1898. Het jaar erna is hij nog één laatste keer een maand bij de Grenadiers & Jagers: van 3 juli tot 4 augustus. Onderaan dit hoofdstuk vind je een impressie over het leven bij de Grenadiers & Jagers' in de jaren rond die jaarwisseling. Huibert was er in totaal 19 maanden.

      4.3 Huib Wijnstekers als 'spoorwegarbeider'

      Op de trouwakte staat 'spoorwegarbeider' als beroep van Huibert. Het Utrechts Archief heeft tegenwoordig een uitgebreid digitaal bestand online, met 100.000 personeelsleden die tussen 1836 en 1920 bij spoorwegmaatschappijen werkten. Uiteraard ging ik op zoek naar Huibert Wijnsteker en vond onderstaande personeelskaart uit 1898. Je ziet hieronder het belangrijkste deel ervan. 


      Het is de kaart van de 'Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen', één van de belangrijke voorlopers van de huidige NS, waar hij blijkbaar op 16 juni 1898 in dienst kwam. Vier maanden eerder, tijdens hun trouwen, was hij echter ook al 'spoorwegarbeider', blijkbaar bij een andere maatschappij. Het Nederlandse spoornet was in die eeuw enorm versnipperd begonnen, met veel private maatschappijen die allemaal hun deel van het spoornetwerk beheerden. Eind 19e eeuw waren na diverse samenvoegingen de twee belangrijke maatschappijen de 'Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen' en de 'Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij'.

      Stoomtrein in Nederland, gebouwd van 1880 tot 1895

      Op de stamkaart van deze voorloper van de Nederlandse Spoorwegen kunnen we lezen dat Huibert op 16 juni 1898 als 'hulpwegwerker' startte, met als standplaats Breda. Zijn tijdelijke aanstelling gaat na een maand over in een vaste aanstelling. Op 28 januari 1899 zegt hij vervolgens zelf zijn baan op. Het staat er mooi: 'niet eervol ontslagen wegens eigendunkelijk verlaten van den dienst'. Het is mogelijk dat hij dan opzegt omdat hij is aangesteld als veldwachter in Aalst. Ook kan er nog een jaar ander werk tussen hebben gezeten. September het jaar erna is op de geboorteakte van zijn eerste zoon in ieder geval het beroep 'veldwachter' te lezen. Voor nu helaas is op die spoorwegenkaart niets ingevuld bij het kopje over zijn eerdere banen.

      4.4 Kijkje in het leven bij keurkorps 'Grenadiers & Jagers'

      Rekruten Grenadiers en Jagers, Oranjekazerne (rond 1900)

      Zoals je hierboven kunt lezen, was Huibert in totaal 19 maanden onderdeel van het regiment 'Grenadiers en Jagers' en dus gelegerd in de Haagse Oranjekazerne. Over dit legeronderdeel en deze kazerne is nog wel het één en ander terug te vinden; zowel in foto's als in een verslag van een beroepssoldaat die er geruime tijd gelegerd was. 

      Grenadiers en Jagers aan tafel, Oranje Kazerne (circa 1900)

      De lotelingen die hun dienstplichtig nummer hadden getrokken, namen hun intrek in de kazerne. In een document met veel achtergrondinformatie over de dienstplicht in deze tijd (klik hier) is te lezen dat het soldatenleven toen nauwelijks privacy en sanitaire voorzieningen kende. Vooral de oudere, in de eerste helft van de negentiende eeuw, gebouwde kazernes hadden last van stank in de grote slaapzalen. Door een gebrek aan ventilatie bij een groot aantal personen ontstond een ongezonde verblijfsplek. In een gehouden onderzoek uit 1882 wordt er specifiek gesproken over 'de Oranjekazerne, waar het keurkorps Grenadiers en Jagers verbleef'. Deze kazerne had slaapzalen, die trouwens ook als dagverblijf dienstdeden, met een capaciteit voor maar liefst 216 mannen. Er is een interessante beschrijving bewaard gebleven van een beroepsmilitair die er vanaf 1875 tot 1886 gelegerd was.

      Manschappen in het waslokaal, Oranje Kazerne (circa 1900)

      Hij beschrijft: 'iedere man had een kam, een klein handdoekje, een hemd, een onderbroek en twee paar sokken die hij allemaal eenmaal per week mocht laten wassen. De lakens van de bedden kregen eens per maand een wasbeurt. Het bovenlijf konden de mannen zoveel wassen als ze wilden. Dat was dan wel buiten. Het onderste deel van het lijf bleef ongewassen, tenzij men geen schaamtegevoel had en de spot van anderen kon verdragen. De gevolgen van dit alles waren merkbaar als de manschappen zich eenmaal in de maand naakt en als het ware schouder aan schouder in het Scheveningse kanaal waagden: kwam het bataljon eruit, dan dreef er een vet groen vlies op het water en een ander bataljon moest erin'. Hij omschreef de hygiënische omstandigheden als 'een zwijnenboel met een laagje vernis''.

      Regiment Grenadiers en Jagers: wachtparade, Oranje Kazerne

      Nadat de soldaat vroeg in de ochtend werd gewekt door trompetgeschal of tromgeroffel, het reveille, werd een dag gevuld met exercities, manoeuvreren, marcheren, schietoefeningen en relevant theoretisch onderwijs. Het marcheren met volle uitrusting onder de blik van strenge officieren was een gevreesd onderdeel van het soldatenleven. Zij werden soms door het plaatselijk bestuur van een stad gevraagd om militaire bijstand te leveren bij ongeregeldheden. Het politieapparaat zat in de 19e eeuw namelijk nog niet zo goed in elkaar. Tijdens kermissen, optochten, feesten, wedstrijden en bij de bewaking van hoogwaardigheidsbekleders, werd geregeld de hulp van militairen ingeroepen. In het geval van de 'Grenadiers & Jagers' hoorde bij die hoogwaardigheidsbekleders ook de Koning(in). Tijdens de jaren dat Huibert bij de Grenadiers & Jagers diende, was Emma koningin-regentes.

      Grenadiers en Jagers voor de Oranje Kazerne (circa 1900)

      Wat deed een soldaat in de avond? Nadat zijn dagtaak erop zat, kwam de Nederlandse soldaat de avond door met poetsen van zijn schoenen en knopen, het in orde houden van zijn plunje, het schoonmaken van zijn geweer, onderricht in het bajonetvechten en van tijd tot tijd wachtlopen. Ook corvee of ondersteuning bij huishoudelijke taken kwam uiteraard geregeld voor, getuige ook onderstaande foto.

      Grenadiers & Jagers schillen aardappelen (rond 1900)

      5. Huibert Wijnstekers, veldwachter in Aalst

      In het vorige hoofdstuk kon je lezen dat Huibert in 1898, het jaar van hun trouwen en de geboorte van hun eerste dochter Cornelia, nog 'spoorwegarbeider' was en in Hedel woonde. Mogelijk solliciteerde hij later dat jaar naar de functie van veldwachter in Aalst. We weten niet exact wanneer hij als veldwachter begon. In ieder geval ergens tussen januari 1899 en september 1900, want dan staat op de geboorteakte van zijn zoon vermeld dat hij toen veldwachter was. Huibert was op dat moment 25 jaar oud.

      Bij die aanstelling als veldwachter in Aalst hoorde uiteraard ook het verhuizen naar dat dorp, want een veldwachter moest wel in zijn eigen werkgebied wonen. Het jonge gezin ging wonen in het huis aan de Dorpsstraat 3, waar ze hun hele leven zouden blijven wonen. De eerste vermelding in de pers van Huibert als veldwachter in de krant is terug te vinden in de Tielsche Courant van 19 april 1901.

      Huib Wijnstekers met snor achterin tegen het raam
      ter gelegenheid van 25-jarig jubileum burgemeester, 1926

      De veldwachter was de ordehandhaver in kleinere gemeenten op het platteland. Het was overigens een relatief slecht betaalde baan. Rond die eeuwwisseling verdiende een veldwachter gemiddeld zo'n 250 gulden per jaar. Daarom deden veldwachters er vaak allerhande klussen naast. Van Huib Wijnstekers is via zijn kleindochter Truida bekend dat hij ervoor zorgde dat het uurwerk van de kerk werd opgewonden. Ook hielp hij regelmatig bij het slachten van dieren. Voor wie gelegenheid heeft, is het personeelsdossier van Huibert dagelijks in te zien bij het 'Regionaal Archief Rivierenland' in Tiel. Wat uit deze weblink (klik hier) in ieder geval spreekt, is dat Huibert naast veldwachter ook gemeentebode was binnen de gemeente Poederoijen. De gemeentebode verrichtte werkzaamheden voor het bestuur van de gemeente.

      Huibert had als veldwachter z'n uniform, fiets en uitrusting, waaronder een gummiknuppel, tot z'n beschikking om de orde te kunnen handhaven. De functie van veldwachter werd in Nederland in 1942 door de Duitse bezetter opgeheven.

      In de krantenarchieven van ditzelfde regionale archief is veldwachter Huibert Wijnstekers regelmatig terug te vinden (klik hier). Soms zijn dit kleine vermeldingen, bijvoorbeeld over het ontvangen van een gratificatie. Tegelijkertijd is ook de bijzondere geschiedenis over de moordaanslagen op hem. Die wat bizarre geschiedenis en bijbehorende krantenberichten vind je apart in hoofdstuk 6. Hieronder vind je een aantal van de gevonden krantenberichten.

      5.1 Stropers gepakt na klopjacht (1908)

      Zalt Bommelsche Courant 2 december 1908

      Hierboven lees je het bericht dat Huibert eind november 1908 's nachts met twee collega's een aantal wildstropers weet te betrappen. Na een klopjacht worden twee van de drie stropers gevangen. Ze hebben een gestroopte haas en eend bij zich. Ook dragen ze ieder een lichtbak. Dit was een sterke lichtbron waarmee men het wild kon opsporen. Doordat het wild in het donker daarmee werd verblind, bleef het meestal stil zitten. Voor een stroper met geweer was het dan eenvoudig het dier te schieten. Die derde stroper met geweer ontkwam die nacht aan de veldwachters.

      5.2 Slingerend naast de fiets? (1916)

      Tielsche Courant, 16 december 1916

      Opmerkelijk artikel hierboven in de Tielsche Courant van december 1916. We lezen hierin dat een zekere Gerrit uit Aalst bij een collega veldwachter een klacht heeft ingediend over veldwachter Huibert Wijnstekers in functie. Die klacht is dat hij de veldwachter op woensdag 4 oktober dronken naast zijn fiets had zien lopen: 'in slingerende houding met de pet achter op het hoofd'. Dronkenschap zou voor een veldwachter in functie uiteraard een strafbaar feit zijn en zo wordt het door justitie ook in behandeling genomen. Huibert moet een verklaring afleggen en vertelt over een stevige bries en een lekke achterband. Omdat acht getuigen uit het dorp Huibert komen vrijpleiten, wordt juist de indiener van de (valse) klacht een strafbaar feit ten laste gelegd. De eis luidt 2 maanden gevangenisstraf. In januari 1917 wordt hij in hoger beroep echter alsnog vrijgesproken. Een voor allen ongemakkelijke zaak.

      5.3 Kwajongens luiden de kerkklokken (1918)

      Zalt Bommelsche Courant, 19 juni 1918

      Het berichtje hierboven is meer lichtvoetig. Op zondag 16 juni 1918 waren er in Aalst een aantal jongens die plotseling de kerkklokken gingen luiden. Dit was buiten kerktijden het signaal dat er brand was, zodat er blusactiviteiten georganiseerd konden worden. Uiteraard was de veldwachter snel ter plaatse om de inwoners te vertellen dat het hier slechts om een 'kwajongensstreek' ging.

      5.4 Huib Wijnstekers wordt bestuurslid (1920)

      Zalt Bommelsche Courant, 25 september 1920

      Op vrijdag 17 september 1920 wordt in de Bommelerwaard een vereniging van politiemannen opgericht onder de naam 'eendracht maakt macht'. Doel van de vereniging is het 'aanjagen van de onderlinge samenwerking en ontwikkeling, het organiseren van excursies en tevens belangenbehartiging'. Specifiek gaan ze zich ook inzetten voor het verkrijgen van een aantal politiehonden. Uit de 40 leden, waaronder 8 burgemeesters en politiecommissarissen, rijksveldwachters en gemeente veldwachters wordt een bestuur gekozen. Hieruit spreekt, naast de hiërarchie die natuurlijk ook bij de politie hoort, de gerespecteerde staat van dienst van de dan 45-jarige Huibert Wijnstekers. Voorzitter, vice-voorzitter en secretaris-penningmeester zijn respectievelijk een burgemeester, brigadier der rijksveldwacht en rijksveldwachter. 2e secretaris-penningmeester wordt de gemeentelijke veldwachter uit het dorpje Well. Huib Wijnstekers wordt als enige commissaris binnen de vereniging, dus belast met een specifieke taak voor het bestuur.

      5.5 Huibert gaat als veldwachter met pensioen (1935)

      Op 1 november 1935 lezen we in de Tielsche Courant dat de minister van Justitie tot rijksveldwachter in vaste dienst in Aalst de heer H. de Boer heeft aangesteld, tot dat moment gemeenteveldwachter in Oegstgeest. Blijkbaar is daar toch bezwaar tegen gekomen of waren er nieuwe feiten die een aanstelling belemmerden, want begin december lezen we in diezelfde krant dat deze aanstelling van 23 oktober alsnog wordt ingetrokken. Hoe dan ook, we kunnen er hiermee wel vanuit gaan dat Huibert dat jaar op 60-jarige leeftijd als veldwachter met pensioen gaat. Huibert zou bijna 16 jaar na dat pensioneren op 76-jarige leeftijd overlijden op 14 juli 1951.

      Huibert Wijnstekers in 1937 voor hun huis in Aalst

      6. Moordaanslag op veldwachter Wijnstekers in Aalst

      Veldwachter Huibert Wijnstekers links met fiets.
      Foto rond 1914 gemaakt voor hooipers in Zuilichem.

      Dit markante verhaal is terug te lezen in diverse kranten in de omgeving van de Bommelerwaard en een deel zelfs in heel Nederland; een moordaanslag in Aalst begin december 1910 op veldwachter Huibert Wijnstekers. En een vergelijkbaar incident in 1916. Laten we voordat we zover zijn, beginnen bij de aanleiding in het jaar 1905, de aanhouding door Huibert Wijnstekers van een inwoner uit Aalst.

      6.1 De aanloop: veroordeling verdachte uit Aalst in 1905


      Dit eerste bericht vinden we in de Tielsche Courant van 21 mei 1905. Vanuit Aalst is er een verdachte van brandstichting en inbraak naar justitie in Tiel overgebracht en daar gevangengezet. Dit was de toen 28-jarige Geurt van der Laar, die al meerdere malen met justitie in aanraking was geweest. We lezen over eerdere mishandeling, vernieling en dronkenschap. Op 13 augustus van dat jaar lezen we in diezelfde krant, dat er 11 personen uit Aalst door de Tielse Rechtbank als getuige zijn opgeroepen. Daar vindt op 24 augustus de zitting plaats. De Officier van Justitie stelt na het horen van de getuigen de eis tot een gevangenisstraf van 5 jaar. Omdat de advocaat van verdachte stelt dat hard bewijs ontbreekt, worden 2 weken erna nog 2 getuigen opgeroepen. Waarna de rechter deze Geurt van der Laar alsnog veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaar, met aftrek van de preventieve gevangenschap sinds mei. Kortom, deze verdachte zit tot het voorjaar van 1910 achter slot en grendel. Dat de 2 jaar oudere veldwachter Huib Wijnstekers een belangrijke rol in die aanhouding en veroordeling had, blijkt 5 jaar later wel bij wat 'de wraak van Geurt' te noemen is.

      6.2 Wraak op de veldwachter, december 1910


      Het is nu begin december 1910. Geurt van der Laar is alweer een half jaar op vrije voeten en dan gaat het op een avond mis. Kranten door het hele land berichten over deze moordaanslag op veldwachter Wijnstekers in Aalst. Zie bijvoorbeeld bovenstaand artikel uit het 'Amersfoortsch Dagblad' op 14 december 1910. We lezen hierin dat het veldwachter Wijnstekers was, die in 1905 hoofdgetuige was bij de veroordeling van Geurt van der Laar tot vijf jaar cel. Al langere tijd loopt deze Geurt met wraakgevoelens rond. Hij steekt die avond begin december dan alsnog met een mes in op de veldwachter. Een moedwillige moordaanslag onder het roepen van 'jij moet kapot'. Er ontstaat een gevecht, waar de veldwachter aan arm en hand gewond raakt door messteken. Gelukkig weet Huibert een steek richting zijn borst af te weren. We lezen dat het mes zo dichtbij zijn borst kwam, dat het zijn kleding 'doorboorde'. Dat had dus behoorlijk erger af te kunnen lopen. Dat er iemand uit het naastgelegen Nederhemert hem stond op te hitsen met 'toe, toe, Geurt, ik zal je helpen', maakte het voor de veldwachter nog gevaarlijker en meer intimiderend.

      Veldwachter Huibert weet deze Geurt gelukkig te overmeesteren, waarna deze net als 5 jaar daarvoor naar de gevangenis in Tiel wordt gebracht. Dit keer niet alleen, maar samen met zijn kompaan uit Nederhemert. In het artikel hieronder uit het 'Haarlems Dagblad' van 6 januari 1911 lezen we dat beide verdachten werden voorgeleid voor de rechter. De schrik zal er binnen het gezin Wijnstekers en bij de inwoners van Aalst goed in hebben gezeten, zo'n aanslag in hun eigen kleine dorp.


      De eis voor de hoofdverdachte is opnieuw 5 jaar de cel in en voor degene uit Nederhemert die hem aanmoedigde 1 jaar. Dan komt het tot een veroordeling van beide verdachten. Zo lezen we in het Rotterdamsch Nieuwsblad van 16 januari 1911, dat Geurts van der Laar wegens poging tot moord is veroordeeld tot 2 jaar en 3 maanden gevangenisstraf. Zijn kompaan wordt veroordeeld tot 4 maanden cel. 


      Blijkbaar is er door de Officier van Justitie hoger beroep aangetekend op deze uitspraak van de Tielse rechter, want op 12 maart 1911 lezen we in de Tielsche Courant dat de hogere rechtbank van Arnhem de straf alsnog heeft verhoogd. De straf voor Geurt van der Laar komt voor hem opnieuw uit op 5 jaar cel. De straf voor de ophitser uit Nederhemert blijft ongewijzigd. En zo eindigt dit tweede deel. Er komt echter nog een derde deel, als Geurt 5 jaar erna weer op vrije voeten is. 

      6.3 Nog een aanval op de veldwachter in 1916

      Het wordt bijna een onwaarschijnlijk verhaal, maar bovenstaande gebeurtenis uit 1910 krijgt een herhaling in het jaar dat Geurt opnieuw vrijkomt. De ex-detineerde heeft die zomer blijkbaar geen vaste woonplek meer, want we lezen dat hij al enige tijd in schuren en hooibergen sliep. Ook over deze nieuwe aanslag zijn uitgebreide beschrijvingen terug te vinden in de kranten van die tijd. Zo lezen we in de Tielsche Courant van 14 september 1916 onderstaand bericht.


      Opvallend genoeg valt Geurt van der Laar dus opnieuw veldwachter Huibert Wijnstekers aan met een mes, die vervolgens door de veldwachter uit zijn handen wordt geslagen. De verdachte ontkomt daarbij. In het artikel lezen we ook dat Huibert later die avond als hij naar huis loopt, opnieuw wordt aangevallen door deze Geurt. Tijdens die worsteling bijt wildeman Geurt de veldwachter in armen en benen. Huibert Wijnstekers wordt dan door hulp ontzet en Geurt weet opnieuw te ontkomen, waarna Huibert de hulp inschakelt van collega veldwachter Van Gelderen. Samen weten ze hem te vinden en te arresteren. Op 27 oktober 1916 kunnen we in een andere krant lezen, dat de Officier van Justitie dit keer 6 jaar celstraf heeft geëist. Als de rechter hem veroordeelt tot een lagere celstraf van 3 jaar, gaat de Officier van Justitie ook deze keer in hoger beroep. In de Telegraaf van 23 november 1916 (klik hier) is te lezen dat de rechter het Openbaar Ministerie in het gelijk stelde, waarna Geurt opnieuw 5 jaar de cel in ging.

      6.4 Meer details over die tweede aanslag in 1916

      Er is een meer accurate beschrijving van deze aanslag dan bovenstaand artikel. Dat op basis van de zitting in de rechtbank rond deze tweede aanslag. Op 16 oktober 1916 staat op de voorkant van de Tielsche Courant namelijk een uitgebreid artikel hierover: klik hier. Hierin lezen we eerst de verklaring van Huibert Wijnstekers.

      We lezen hier, dat Huibert die avond in 1916 rond 22.00 uur surveilleert en de blijkbaar luidruchtige Geurt van der Laar tot stilte maant. Deze komt vervolgens op hem af. Huibert besluit door te lopen, waarna Geurt hem volgt. Als Huibert stopt om de onberekenbare Geurt te laten passeren, schreeuwt deze: 'ik ga voor jou niet naar huis, al ben je een kop langer dan ik, voor jou ben ik niet bang'. Waarna hij Huibert in de maag stompt. Dan lijkt de geschiedenis van bijna 6 jaar daarvoor zich te herhalen als Geurt roept: 'ik steek je kapot, levend zal ik je villen'. Tegen het mes brengt Huibert zijn gummiknuppel in. Hij slaat Geurt het mes uit de hand, die vervolgens zijn evenwicht verliest en op de grond valt. Er ontstaat een worsteling, waarbij Huibert de benen van Geurt probeert te pakken. Als verweer bijt Geurt de veldwachter dan hard in zijn been, waarop deze valt en Geurt boven op hem ligt als hulp arriveert. Deze trekt Geurt van hem af, maar deze bijt Huib daarbij ook nog in de duim. Tot zover de in de krant opgetekende verklaring van Huibert.

      Die hulp blijkt een inwoner uit Aalst te zijn, die ook getuigt in de rechtbank. Hij had Geurt kort daarvoor al gezien. Hij verklaart dat Geurt voor zijn aanval al had staan schreeuwen, dat hij 'm levend wilde villen'. Deze Willem uit Aalst ziet even verder de veldwachter lopen en waarschuwt hem, dat Geurt dit over hem zei. Hij ziet dat Geurt vervolgens Huibert volgt. Als hij hoort dat Geurt hem aanvalt, gaat hij er snel heen. Hij ziet Geurt op de grond liggen en de veldwachter zonder pet naast hem. Huibert waarschuwt Willem op afstand te blijven, omdat hij niet zeker weet of Geurt het mes nog heeft. Huibert vertelt Willem over de beet in zijn been en toont hem zijn gewonde duim. Zij zoeken beiden het mes, maar dat blijkt niet te vinden. Deze Willem vertelt de rechter tevens dat Geurt hem al een paar weken voor die avond had gezegd Huibert een blad (van een mes) op de ogen te willen leggen.

      In de rechtbank verklaart Geurt zelf dat hij die avond zo dronken was, dat hij zich er niets van herinnert. In zijn verklaring draait hij zaken vervolgens om. Zijn mes was hij eerder die avond al kwijtgeraakt. Hij zou de veldwachter tegen het lijf zijn gelopen, waarbij deze hem zomaar een klap had gegeven. Hij ontkent ook zijn dreigende uitspraken. Huibert vertelt aan de rechter, dat het sinds de vrijlating van Geurt in januari van dat jaar tot dan toe goed was gegaan. Tot die avond van de aanval dus, waarbij Geurt onder invloed bleek. Huibert wijst op het geweld dat Geurt gebruikte en verwijst ook naar de vergelijkbare aanval op hem 6 jaar daarvoor. De Officier van Justitie eist 6 jaar cel. In de rechtszaal is er daarna nog discussie over het mes, dat niet gevonden is. De ambtelijk toegevoegde verdediger van Geurt betoogt dat Geurt die avond wellicht helemaal geen mes heeft gehad, maar dat Huibert dit zich door het aanvallende gedrag en die eerdere aanval mogelijk had ingebeeld. Hoe het ook precies is gelopen, Geurt van der Laar verdwijnt opnieuw voor 5 jaar achter de tralies.

      Voormalige rechtbank in Tiel